Huiseigenaren in de volkstelling van 1811 geïdentificeerd

door Henk Muntjewerff

 

Uit het begin van de negentiende eeuw staan ons meerdere bronnen ter beschikking over de bevolking van Paramaribo. De volkstelling van 1811 verschaft inzicht over de etniciteit en de gezinsomvang, terwijl de huurwaarde van 1812 het aantal huizen en de welstand weergeeft. In onderstaand artikel wordt uitgelegd hoe beiden met elkaar zijn gecombineerd tot één bestand met een grotere bruikbaarheid.

 

Volkstelling 1811

In de onder Engels bestuur tot stand gekomen volkstelling staan de gezinshoofden met naam vermeld. De gezinssamenstelling bestaande uit wife, children & family wordt daarbij vermeld, evenals het aantal personen. Er staan ook boedels (estate of) in de lijst zonder gezinsleden. Dat komt omdat per huishouden tevens het aantal slaven werd vermeld.

Onder de vrije inwoners van Paramaribo maakte men een onderscheid tussen vrijgemaakten (black and coloured) en vrije burgers (white).

Er zijn 2353 gezinshoofden op een totale vrije bevolking van tenminste 4300 personen, waarvan 1305 eenpersoonshuishouden.

 

Huurwaarde 1812

In de door Nederlandse ambtenaren opgestelde taxatie van de huurwaarde staan de huiseigenaren met naam vermeld. Van ieder adres is de eigenaar vermeld met de geschatte huurwaarde. Het betreft hier altijd het huis en erf als geheel, over de erfwoningen worden we niet ingelicht. De huiseigenaren worden zonder onderscheid des persoons genoemd.

Er zijn 1122 verschillende huiseigenaren voor 1631 adressen.

 

Transcriptie

De door Denie Kasan en Rosinda Hok-A-Hin (www.kasan.nl) verzorgde transcriptie van de volkstelling was door de vaak slechte leesbaarheid een zware opgave. Toch blijkt uit een vergelijking met het redelijk goed leesbare kasboek van de huurwaarde, dat door mij is getranscribeerd, weinig verschil. Wanneer er verschil was, was dat terug te voeren op een interpretatie van de letters  i of e, t of f, s of s, u of n, y of ij en gek genoeg f of s en h of f. Enkele min of meer onleesbare namen konden door mij worden aangevuld.

 

Combinatie

Door het ontbreken van adresgegevens in de volkstelling is de enige manier van samenvoegen met de huurwaarde de familienaam. Het aantal keren dat de naam van het gezinshoofd en de naam van de huiseigenaar overeenstemt is 723. Daarvan hebben 491 eigenaren maar 1 huis, vrijwel zeker hun woonhuis. Dat ruim een derde van de gezinshoofden tevens huiseigenaar is, betekent dus dat tweederde van de gezinnen in een huurhuis woonde. Maar zoveel adressen zijn er niet, hetgeen betekent dat een groot deel van de vrije bevolking in erfwoningen verbleef.

Niet alle gezinshoofden zijn huiseigenaar en niet alle huiseigenaren zijn gezinshoofd. Zo’n 400 huiseigenaren kon ik niet als gezinshoofd identificeren. In ongeveer 40 gevallen gaat het om minderjarige kinderen. De overigen wonen als familielid in een huis dat niet van hun is.

Van de 723 huizen waren er 382 in handen van de vrijgemaakten (waarvan 293 met 1 huis) en 341 in handen van de vrije burgers (waarvan 198 met 1 huis), daarvan was een vijfde weduwe. Onder de vrijgemaakten was maar liefst tweederde van de huiseigenaren een onafhankelijke vrouw.

 

Van de 723 huiseigenaren vormden 333 een eenpersoonshuishouden. Over de verdere gezinsomvang is niets met zekerheid te zeggen omdat in de gepubliceerde volkstelling van de black and coloured de aantallen personen ontbreken. Op basis van de gezins omschrijving zijn ze door mij wel herleid, maar dat is de minimale omvang.

Van de 333 eenpersoonshuishoudens waren er 157 zonder en 176 met afrikaanse voorouders.

 

Bij de 491 eigenaren met 1 huis is het huisnummer (Wijk) toegevoegd, alsmede de huishuur. De huurwaarde van de huizen loopt uiteen van 100 gulden tot ruim 6.000 gulden, met een uitschieter van 8.125 gulden.