Huurwaarde 1817

 

Origineel

Een huurwaarderegister voor de jaren 1817 en 1822 is niet bewaard gebleven, maar valt wel te reconstrueren, met behulp van het Grootboek (1817-1822). Op volgorde van het huisnummer staan hierin vermeld de eigenaren, met 'taxatie van huyshuur', de hieruit verschuldigde en betaalde belasting per jaar.

De straatnamen ontbreken in het grootboek.

Doordat het grootboek is beschadigd ontbreken wijk A en een deel van wijk B. Eveneens ontbreken de buurten Kauwknie en voorstad Zeelandia, die ieder een eigen grootboek hadden.

Met behulp van het kladkasboek, kasboek en contrakasboek zijn de ontbrekende wijken gereconstrueerd. 

 

Huisnummer

Oude Wijk (OW) met letter (La.) en nummer (No.). De wijken A, B, C, D, allemaal hele nummers.

 

Transcriptie kasboek 1817-1821 en 1822-1824

In het kasboek staat wat er in het jaar is betaald.

Zie voor wijze van transcriptie uitleg bij Transcriptie Kasboek 1807-1811.

In het kasboek staan tevens vermeld vanaf 1 juli 1817 het zegelrecht, vanaf 1 april 1818 de 10% verhoging en vanaf 1 december 1818 de vervolgkosten. Deze onkosten zijn niet meegenomen in de transcriptie.

 

Zonder straatnamen en volledige vermelding van de buurt en/of zijde was het soms lastig onderscheid te maken tussen de verschillende A-series. Met behulp van de controle op naam, grootboekfolio en bedrag kon wijk A toch worden gereconstrueerd uit het kasboek.



Transcriptie Grootboek 1817-1822

In het grootboek staat wat er voor een jaar is betaald.

Een folio in het grootboek beslaat zowel de debetzijde als de creditzijde. Bij de scans die het Nationaal Archief heeft gemaakt zijn debet- en creditzijde ieder apart gescand, hetgeen de overzichtelijkheid niet ten goede komt.

 

folio

Debetzijde: La. D

naam eigenaar

jaar, 1 januari, aan taxatie van huyshuur, waarde, a 4 pCt, bedrag verschuldigd.

 

Creditzijde: No. 300

datum, per kassa, (naam), bedrag betaald.

 

In het grootboek, op volgorde van huisnummer, staan de eigenaren, met de huurwaarde en de daaruit afgeleide aanslagen van 1817-1822.

Wanneer een eigenaar in een jaar dubbel werd aangeslagen (dubbele quotisatie) dan is dat apart vermeld.

Het grootboek lijkt voor wat betreft de boekjaren 1821-1822 onvolledig te zijn, maar dit heeft grotendeels te maken met het niet innen van belasting van de op 21 en 22 januari 1821 afgebrande percelen. In kolom opmerkingen vermeld of een pand toen is afgebrand.

 

De volgende informatie van de creditzijde is niet opgenomen in de transcriptie:

1.de datums en bedragen van de betaling aan de Kas van de Gemene Weide.

2.Bij boedels en gedeeld eigendom staat vaak wie de betaling aan de Kas doet.

3.Wanneer iemand werd aangeslagen voor een hoornbeest, ezel, rij- of trekpaard, rijtuig of wagen staat dat ook in dit grootboek, meestal apart tussen de huurwaarde in.



Aanslag en huurwaarde

Gedurende 1817-1822 bedroeg volgens het grootboek de belasting op onroerend goed 4% van de getaxeerde huurwaarde. Volgens het kasboek vond met ingang van 1 april 1818 een verhoging van de belastingaanslag plaats. Van het montant moest 10% extra betaald worden, deze heffing werd apart geregistreerd en staat niet in het 'grootboek huurwaarde'.

De bedragen zijn in Surinaamse guldens, stuivers en penningen.



Bronteksten

In afwachting van nieuwe wetgeving bleven de tot 1816 bestaande belastingen na 1816 voorlopig gehandhaafd, hierdoor liep de overheid inkomsten mis. Om de Koloniale Kas enigszins aan te zuiveren, werd met ingang van 1 april 1818 op al de Landsbelastingen 10% extra geheven.

Gouvernementsblad Suriname 1818 no.2, Resolutie 18 maart 1818, behelzende Tiende-Verhooging op de Belastingen, except het Zegel.

 

De Raad Kontrarolleur Generaal van Financien brengt bij deze ter kennis van de Ingezetenen dezer Kolonie, (…) wijders, dat hoezeer met de invordering der quotisatie van Huizen in de jongstledene ramp afgebrand, over dit loopend jaar vooreerst geene verdere voortgang zal worden gemaakt; de opgaven echter als gewoonlijk zullen moeten geschieden.

5 maart 1821, A. Nering Bögel.

Surinaamsche Courant, 6 maart 1821

 

Gouvernementsblad Suriname 1821 no. 9, 5 september 1821, behelzende vrijdom van de Belasting aan de Gemeene Weide voor nieuwe op te bouwen huizen in het afgebrande gedeelte van Paramaribo voor den tijd van zes jaren. (1 januari 1821-31 december 1826)

M.a.w. pas weer in 1827 belastingplichtig aan het Kantoor der Gemene Weide, ter aanmoediging van de wederopbouw.

 

  1. Uden Masman sr., Kort verslag van den zwaren brand te Paramaribo voorgevallen (Amsterdam 1821).

 

Nationaal Archief, 1.05.10.02 Raad van Politie Suriname, inv.nr. 687, Notulen van het Hof dd 21 december 1821 (scan 56-57):

Op voordracht van de Controleur-Generaal van Financien wordt een hertaxatie van de huurwaarde bevolen. Niet ivm de brand, maar omdat het al zo lang geleden is. De opdracht verleend aan College van de Gemene Weide.

 

Gepriviligeerde Surinaamsche Courant 7 februari 1825, Notificatie

Alle erven in de stad Paramaribo moeten zijn voorzien van een paal waarop de letter van de wijk staat. De erven waarop voor de brand van 1821 gebouwen stonden, moeten tevens het nummer van het huis op die paal zetten.

 

Bronnen 1817-1826

Nationaal Archief, 1.05.10.07 Administratie van Financien, Comptoir boekhouder-kassier van de Gemene Weide,

inv.nr. 341, Kladkasboek Gemene Weide, juli 1817-1821, 1 deel scans

inv.nr. 344, Kasboek Gemene Weide, juli 1816-1819, 1 deel scans

inv.nr. 346, Grootboek van ontvangst taks huishuur, 1817-1822, 1 deel (scans), folio 1-110 ontbreken. Eerste volledige bladzijde, met La en No vanaf:

scan 62 – 63 (B.143), t/m scan 1202 – 1203 (D.818).

scan 1228 t/m scan 1347: taxatie van hoornbeesten, rijtuigen en paarden op naam.

 

inv.nr. 354, Kladkasboek Gemene Weide en landtaksen, 16 juni 1823- jan.1825, 1 deel.

inv.nr. 355, Kasboek Gemene Weide en landtaksen, jan.1820-30 juni 1823, 1 deel.

NB 1823 vanaf scan 474.

inv.nr. 356, Exploict- en executieboek, 1817-1828, 1 deel.

inv.nr. 357, Arrest- en oppositieboek, 1819-1828, 1 deel.

 

Nationaal Archief, 1.05.10.07 Administratie van Financien, Boekhouder-Generaal / Controleur-Generaal.

inv.nr.134 Contrakasboek van het Comptoir van de Gemene Weide, 1818-1822 scans

NB de 'contra rolleur' of controleur moest de financiële administratie controleren.

 

Nationaal Archief, 1.05.10.07 Administratie van Financien, Comptoir van de ontvanger van de kassa tegen de weglopers en van de hoofdgelden, 1816-1823.

inv.nr. 337 Register van Transporten, 1819-1823. scans

inv.nr. 338 Register van Transporten, 1824. scans

de transporten staan ook vermeld in:

inv.nr. 297 Kassaboek 1818-1819. scans

inv.nr. 298 Kassaboek 1820-1822. scans

inv.nr. 299 Kassaboek 1823. scans

NB Kassaboek 1817 ontbreekt.

 

Nationaal Archief, 1.05.11.09 Gemeentebestuur, Gemeente-ontvanger (der Kolonie Suriname),

inv.nr.6 Repertorium betreffende naasting van onroerend goed, 3e kwartaal 1826.

 

Nationaal Archief, 1.05.10.02 Raad van Politie Suriname, inv.nr. 739, Index op de notulen van het Hof 1816-1823: niets over wijziging wijknummering of huurwaarde in 1816-1817.

In 1821 over Opbouw verbrande huizen binnen Paramaribo.